Noorderkempen springt eruit met vijf meldingen

Spoorlopen blijft een risicovol gedrag. Infrabel voert om de vier jaar een veiligheidsanalyse uit om de meest kritieke locaties op het spoornet in kaart te brengen. Geen van de Kempense stations staat momenteel op de lijst van 58 prioritaire ‘hotspots’ waar extra maatregelen nodig zijn.

Toch blijkt uit de cijfers dat in station Noorderkempen dit jaar al vijf incidenten werden geregistreerd. In de andere Kempense stations bleef het aantal beperkt tot één of twee gevallen, of zelfs nul. Dat komt overeen met de trend van de voorbije jaren. “De cijfers tonen dat we in onze regio relatief weinig incidenten kennen, zeker in vergelijking met gebieden zoals Brussel of Henegouwen,” zegt Cuylaerts. “Dat betekent dat we het op vlak van spoorveiligheid zeker niet slecht doen.”

Waakzaamheid blijft nodig

Toch waarschuwt Cuylaerts voor de risico’s die spoorlopen met zich meebrengt. “Het is goed dat de Kempen geen uitschieter is, maar dat mag ons niet blind maken,” zegt ze. “Spoorlopen is levensgevaarlijk. In meer dan 45 procent van de gevallen gaat het om mensen die de sporen oversteken om sneller aan de overkant te raken. Dat lijkt onschuldig, maar het kan bijzonder zware gevolgen hebben.”

Vandaag hangen aan de meeste perrons verbodsborden, maar extra ingrepen blijven voorlopig uit. “Zolang de cijfers laag blijven, is dat begrijpelijk,” besluit Cuylaerts. “Maar we moeten deze problematiek wel blijven opvolgen. Spoorveiligheid is een gedeelde verantwoordelijkheid van overheid, spooroperatoren en reizigers.”