Geen enkele maand boven het gemiddelde

Cuylaerts volgt de prestaties van de treinen in de Kempen al meer dan een jaar op. De resultaten voor zowel Turnhout als Noorderkempen noemt ze zorgwekkend. “In geen enkele maand sinds september vorig jaar lag de stiptheid in deze haltes boven het Belgische gemiddelde,” zegt ze. “Dat betekent dus een jaar lang structurele onderprestaties.”

Uit de recentste cijfers van augustus 2025 blijkt dat Turnhout blijft steken op een stiptheid van 88,8 procent en Noorderkempen op 91,5 procent. Het nationale gemiddelde bedraagt 93,8 procent. “Dat verschil lijkt misschien beperkt, maar voor pendelaars betekent het een dagelijkse confrontatie met vertragingen, overvolle wagons en onbetrouwbare verbindingen.”

Haltes overslaan om de stiptheidscijfers kunstmatig op te krikken

Nog opvallender is volgens Cuylaerts hoe de cijfers tot stand komen. “De NMBS houdt geen rekening met het feit dat treinbegeleiders soms beslissen om haltes over te slaan om vertragingen in te lopen. Op papier telt die trein dan als ‘stipt’, maar de reizigers op dat station blijven letterlijk in de kou staan.”

Ze roept de NMBS op tot meer transparantie over hoe de stiptheid wordt gemeten en hoe vaak haltes daadwerkelijk worden geschrapt. “We moeten af van dat vertekende beeld. Wie op de trein rekent, wil weten of die effectief op tijd en op de juiste plek stopt.”

Meer ambitie nodig voor de Kempen

Cuylaerts vraagt minister Jean-Luc Crucke om meer ambitie te tonen voor de Kempen. “Turnhout en Noorderkempen zijn belangrijke eindpunten in het netwerk. Als je pendelaars wil overtuigen om de trein te nemen, dan moeten net daar de prestaties beter zijn dan gemiddeld, niet slechter.”